Analyse: rente rendeert eindelijk weer

Bloomberg scherm

Na jaren van nulrente zijn we bijna collectief vergeten hoe we in vastrentende waarden kunnen beleggen. Hoog tijd voor een opfrissing, want met obligaties kunt u defensiever beleggen dan met aandelen.

Aandelen en obligaties concurreren met elkaar voor de gunst van de belegger. De afgelopen decennia waren erg gunstig voor aandelen, want doordat de rente steeds verder daalde, werden ook defensieve obligatiebeleggers steeds meer naar aandelen gedreven. Hoewel aandelen meer schommelen dan de doorsnee obligatie, namen de defensieve beleggers dat voor lief, want er was simpelweg geen alternatief. Daardoor stapten renteniers bijvoorbeeld in vastgoed­aandelen. Dat bekwam velen vorig jaar slecht, want de klimmende rente duwde de koersen van vastgoedbedrijven fors lager.

Mocht de rente nog verder klimmen, kunnen de aandelen verder onder druk komen. Er is een dubbel effect: als de rente klimt, willen beleggers ook een hoger rendement op aandelen. Vermits het rendement van bedrijven niet zomaar op bevel kan stijgen, wordt dat ­hogere startrendement in de praktijk bekomen doordat de waarde (de aandelenkoers) zakt. Wie die aandelen heeft, ziet de koersen natuurlijk dalen. Een extra reden om voortaan in uw portefeuille wat meer vastrentend te beleggen, ­bovendien brengt het nu ook wat meer op.

Basisrente van centrale banken

Vooral door de fors oplevende inflatie is er een abrupt einde gekomen aan het tijdperk van de nulrente. De centrale banken hebben de rente fors opgetrokken en de obligatierente op langere looptijden is ook hoger gaan postvatten.

In Europa heeft de ECB de beleidsrente nu op 3,75% gebracht en in de VS is het een vork van 5,25 à 5,5%. Sinds maart vorig jaar heeft de Amerikaanse centrale bank de rentevoeten met meer dan 500 basispunten (5%) verhoogd en de ECB deed er meer dan 400 basispunten (4%) bij.

Die trend beïnvloedt heel sterk de obligaties op korte looptijden. Hoe langer de looptijd, hoe meer de markt, de beleggers dus, de rente bepalen door vraag en aanbod naar de obligaties. Via een verandering van de prijs van de obligatie wijzigt ook de marktrente en wie de obligatie dan koopt, bekomt een andere lopende rente.

Welke rentevergoeding is er vandaag te krijgen? Dat hangt af van de verschillende categorieën van obligaties. We overlopen de belangrijkste groepen.

Bouwen op de euro

Als burger van de eurozone kijken we in de eerste plaats naar de obligaties in euro. De muntschommelingen in andere munten kunnen het rendement verhogen, maar ook verlagen. Het is heel moeilijk of zelfs nagenoeg onmogelijk om die evolutie in te schatten, zeker op langere termijn. Wie relatieve zekerheid zoekt in obligaties, blijft dus best bij degene die noteren in euro.

Het lopend rendement op overheidsobligaties in euro ­bedraagt momenteel (opgemeten op 8 augustus) 3,28%.

De ‘euro treasury-index’ van Bloomberg bevat alle 282 obligaties die uitgegeven werden door de eurolanden, in euro, met zowel korte als lange looptijden. De rente op Duitse overheidsobligaties wordt beschouwd als een belegging zonder kredietrisico en biedt daarom het minste rente: vandaag levert een aankoop van een Bund (Duitse overheidsobligatie, looptijd tien jaar) een lopend rendement van 2,46% per jaar. Een Belgische staatsobligatie brengt 3,10% op en een Italiaanse 4,12%. Landen met zwakkere overheidsfinanciën moeten een hogere rente betalen. Toch worden overheidsobligaties uit de eurolanden zeker globaal als heel veilig beschouwd. Bovendien is de overheidswaarborg niet beperkt tot 100.000 euro, zoals op bankdeposito’s. De gewogen looptijd van deze categorie is zeven à acht jaar.

De ECB onder Christine Lagarde verhoogde de rentevoeten met meer dan 400 basispunten.
De ECB onder Christine Lagarde verhoogde de rentevoeten met meer dan 400 basispunten.

In plaats van een kredietrisico is hier meer sprake van een rente­risico. Want als de marktrente stijgt, zakken de obligaties in prijs. Hoe langer de looptijd, hoe groter het effect. Als de rente vandaag met 100 basispunten (1%) zou toenemen, zakt de prijs van een tienjarige obligatie met 7,2%. Maar het omgekeerde speelt ook: als de rente 100 basispunten zakt, wordt een obligatie op tien jaar 11,3% meer waard. Voor wie zijn obligatie tot de eindvervaldag bijhoudt, verandert dat echter niets. Die schommeling is alleen van belang als u tussentijds wilt verkopen, voor obligatiefondsen of als u wilt (bij)kopen.

Bedrijfsobligaties van ­goede kwaliteit

Het lopend rendement op bedrijfsobligaties van goede kwaliteit, in euro, is nu 4,28%.

De ‘euro corporate index’ van Bloomberg bevat 3.550 bedrijfsobligaties die behoren tot de zogenoemde Investment Grade (met een rating van BBB- of hoger). Dat zijn obligaties van goede kredietkwaliteit. Vaak zijn ze van stabiele grote multinationals, zoals Unilever. Er zitten ook obligaties bij van Amerikaanse bedrijven, maar uitgegeven in euro. De looptijd (duratie) van deze categorie is 4,5 jaar: dat is korter dan bij de overheidsobligaties. Het renterisico is dus beperkter, maar er is meer kredietrisico. Toch noemt Sam Vereecke, hoofd van de vastrentende beleggingen bij ­Degroof Petercam AM, deze categorie nu “de sweet spot” voor obligatiebelegger. ‘Het rendement is hoger, terwijl het extra kredietrisico ­beperkt is doordat het om obligaties gaat van stabiele, grote bedrijven.’

Bedrijfsobligaties van ­lagere kwaliteit

Het lopend rendement voor bedrijfsobligaties van lagere kwaliteit (high yield) is nu 7,16%.

De ‘euro corporate high yield-index’ van Bloomberg bevat 1.959 bedrijfsobligaties met een hoog kredietrisico (met een rating lager dan BBB-, dus vanaf BB, C …). Ze worden ook wel eens rommelobligaties genoemd. Het gaat om bedrijven met hoge schulden en/of met volatiele resultaten. Let goed op de conjunctuur. In een recessie zijn het typisch bedrijven uit de high yield-categorie die hun schulden niet kunnen terugbetalen of die zelfs failliet gaan.

In dollar, of lokale munt

Zoals voor de euro bestaan dezelfde categorieën in Amerikaanse dollar. Die bieden 4,45% voor overheidsobligaties, 5,57% voor bedrijfsobligaties en 8,5% voor high-yield obligaties. Dat rendement is hoger dan in euro doordat de conjunctuur- en rentecyclus in de VS voorloopt op Europa.

De laatste grote categorie zijn obligaties uit de emerging markets: enerzijds in lokale munt en anderzijds in ‘harde munten’, zoals de dollar of de euro. Maar die categorieën zijn weinig geschikt als defensieve basis.

Welke strategie kiezen?

Vandaag is de conjunctuur aan het vertragen. Tegelijk geloven de meeste economen dat er stilaan een einde komt aan de renteverhogingen. Nu is dus een goed moment om het deel obligaties in uw portefeuille te verhogen, ten nadele van aandelen. Want aandelen presteren in een recessie bijna altijd het slechtst. Ook de high-yield obligaties kunnen dan fors in prijs zakken. Goede bedrijfsobligaties en overheidsobligaties kunnen wel overeind blijven of zelfs een positief rendement bieden.

Reacties